Label USDA:

Label USDA

Het USDA Organic label is de Amerikaanse equivalent van het Franse AB-label. Dit label garandeert dat producten voor de volle 100 procent biologisch zijn, tenzij het om verwerkte producten gaat: dan moet minimaal 95 procent van de ingrediënten afkomstig zijn uit de biologische landbouw.

 

 Waarom een USDA Organic label?

 

USDA Organic is in 2002 opgericht met als doel de productie en verwerking van biologische producten in de hele Verenigde Staten te standaardiseren. Vóór die datum waren er in de Verenigde Staten bijna tien certificeringslabels voor biologische producten. Na diverse bijeenkomsten en studies heeft de staat besloten alle biologische producten onder één label te verenigen. Het National Organic Program (NOP) is daarom in 2002 bij federale wet vastgesteld. Het is deze instantie die verantwoordelijk is voor de controle en het toezicht op de activiteiten van de organisaties die het label afgeven.

 

Toekenning van het USDA Organic label?

 

Volgens de statistieken van het USDA zijn er in de Verenigde Staten bijna 50 onafhankelijke en door de staten beheerde certificeringsinstanties. Dit zijn non-profit organisaties, die in de gehele Verenigde Staten actief zijn. Er zijn er ook in het buitenland (44 in 2009). De in het buitenland gevestigde certificeringsinstanties houden zich bezig met buitenlandse landbouwbedrijven die het keurmerk willen verkrijgen om hun producten naar de Verenigde Staten en de internationale markt te kunnen exporteren.

 

 

Garanties van het USDA Organic label

 

Het USDA Organic label erkent 3 soorten biologische producten:

 

  • 100% biologische producten (producten met het label “100% organic”)
  • Producten waarvan 95% van de ingrediënten uit biologische oorsprong zijn (producten met het label “organic”)
  • Producten waarvan minder dan 70% van de ingrediënten uit biologische oorsprong zijn (producten met het label “made with organic ingredients”)

Enkel de eerste categorie heeft het recht om het label (100% bio) te dragen. Bovendien moeten alle producten op duurzame wijze worden geproduceerd, wat het gebruik uitsluit van:

 

  • Menselijk afval (zuiveringsslib) en chemische substanties
  • GGO's of ioniserende stoffen op landbouwbedrijven
  • Synthetische stoffen

De veeteeltbedrijven moeten aan bepaalde normen voldoen om aan de eisen van het label te voldoen. De dieren moeten gevoed worden met 100% biologisch voeder en moeten zoveel mogelijk in natuurlijke omstandigheden (in de open lucht) worden gehouden. Het gebruik van antibiotica is beperkt (of zelfs verboden), en groeihormonen zijn streng verboden.